Terug naar nieuws

Natuurkracht honoreringen: het schoolproject

Door Marjet Heins
06 juli 2023

De organisaties centrum voor natuur- en milieueducatie (CNME), IVN Natuureducatie en Natuurmonumenten hebben gezamenlijk een bijdrage gekregen uit het Natuurkrachtfonds. Met het geld willen ze jongeren in het Geuldal en Gulpdal in aanraking brengen met de natuur en ze laten nadenken hoe je natuur kunt inzetten om overstromingen tegen te gaan. Directeur van CNME Anouk Viegen geeft uitleg. 

Het centrum voor natuur- en milieueducatie (CNME) in Maastricht houdt kantoor in hartje centrum en beheert in de buurt van de Sint Pietersberg een natuurtuin. Deze ligt ook vlakbij het riviertje de Jeker dat hiervandaan richting het Albertkanaal net over de grens met België meandert. In de bloemrijke tuin spreken we met Anouk Viegen, directeur van het CNME. De timing van het gesprek is bijzonder. De dag ervoor is er na een lange periode van droogte een enorme hoeveelheid neerslag gevallen. Hoewel het lang niet zo erg was als in 2021, riep het wel herinneringen op aan die dramatische zomer twee jaar eerder. In plaatsen als Valkenburg was er opnieuw sprake van ondergelopen straten en kelders.

Dat is wel toevallig, Anouk
Jazeker. Ik zie het maar als extra bewijs dat een initiatief als Natuurkracht broodnodig is. En dat we hier echt aan de bak moeten om de meest schadelijke gevolgen van wateroverlast tegen te gaan.

Heb je in 2021 eigenlijk zelf wateroverlast ervaren?
Nee, ik woon net aan de hoge kant waardoor ik gelukkig geen water in mijn huis heb gehad. Maar ik heb in 1992 wel een flinke aardbeving hier in Limburg meegemaakt en het donderende, doordringende geluid dat daarmee gepaard ging kan ik me nog heel goed herinneren. Dat maakt dat ik me levendig kan voorstellen welke machteloosheid je ervaart bij de kracht van natuurgeweld, bij het enorm snel stijgende water.

Stond er op de plek waar we nu zitten water?
Twee jaar geleden kwam het water niet tot deze tuin, maar de wijk hierachter is toen wel geëvacueerd. Ergens is het wel goed dat er een crisis is geweest. Het heeft bij velen de ogen geopend dat acute watersnood niet alleen maar plaatsvindt in landen als Bangladesh. Het is geen ver-van-mijn-bedshow, het kan hier dus ook zomaar gebeuren.

Super in ieder geval dat jullie als CNME een bijdrage krijgen uit het Natuurkrachtfonds
Het is dus wel een project dat we met twee andere clubs doen hoor. Het gaat om een samenwerking met IVN Natuureducatie en Natuurmonumenten; als CNME zijn we hoofdaanvrager. Het is top dat we dit samen met IVN en Natuurmonumenten kunnen doen. Normaal gesproken ben je toch een beetje elkaars concurrenten omdat je in dezelfde vijver vist, maar nu versterken we elkaar alleen maar. Bijvoorbeeld doordat we gebruik kunnen maken van elkaars netwerk.

Waarvan akte. Zijn jullie er blij mee?
Tuurlijk! Het geld dat we van Natuurkracht krijgen, komt trouwens op een uitstekend moment.

O ja? Waarom komt het geld op een goed moment?
Bij de veldlessen die we aan basisschoolleerlingen geven, merkten we tot ver na de overstromingen dat veel kinderen nog altijd rondliepen met wat ze hadden gezien. De ravage die het water aanrichtte natuurlijk, maar ook de paniek en machteloosheid bij ouders. Dat maakt indruk op kinderen. Onze veldlessen bleken een soort uitlaatklep waarbij de kinderen hun verhalen kwijt konden. Voor ons gevoel ontstond er een soort momentum: dit is het moment om jonge generaties op een posiieve manier in aanraking te brengen met de natuur. En ze te laten ervaren hoe je de natuur kunt inzetten om wateroverlast tegen te gaan. We willen ze weer handelingsperspectief geven: laten zien wat ze zelf kunnen doen.

Hoe ziet jullie plan er uit?
We willen alle scholen in het Geuldal en Gulpdal betrekken bij Natuurkracht. ’We’ zijn dus CNME, IVN Natuureducatie en Natuurmonumenten. Als CNME richten we ons daarbij op basisscholen en IVN ‘doet’ de middelbare scholen. Natuurmonumenten heeft ontzettend veel kennis in huis als het gaat om natuurbeheer en weet uit de praktijk wat er wel en niet werkt.

Hoe doe je dat, scholen betrekken bij Natuurkracht?
We doen dat met hoofd, hart en handen. In die volgorde werken we van theorie naar praktijk. Met ‘hoofd’ leggen we op school eerst de basis uit zodat leerlingen begrijpen waar het over gaat. We laten zien hoe overstromingen kunnen ontstaan en demonstreren met onder meer modellen hoe je water beter kunt vasthouden. Met een spons kun je dat heel gemakkelijk uitleggen: wanneer je daar water op giet, zie je dat het water wordt opgenomen. Zo werkt het ook met een (rijk) begroeid stuk grond. Dan ‘hart’. Daarbij nemen we de leerlingen mee naar buiten en zoeken we het water op. Langs de oever van bijvoorbeeld de Geul dagen we ze uit om zelf na te denken wat je hier allemaal zou kunnen doen om te voorkomen dat stijgend water over de oever komt en de straten van dorpen in de buurt instroomt. En tot slot ‘handen’, ofwel wat kun je zelf eigenlijk doen?

Moeten leerlingen daarbij zelf aan de slag?
Ja, we dagen ze uit om na te denken wat ze zelf zouden kunnen doen om wateroverlast tegen te gaan. Bijvoorbeeld op het schoolplein of op een andere plek in de buurt. Tegel eruit, plantje erin. Dat soort dingen. Alle basisscholen die meedoen in het Geuldal en Gulpdal krijgen daarbij 350 euro van ons. Op iedere school gaan vervolgens groepjes leerlingen aan de slag om creatieve oplossingen te bedenken. Winnaar is het groepje leerlingen dat de beste oplossing verzint. Zij ontvangen de 350 euro om daarmee hun oplossing in praktijk te brengen. Iedere basisschool werkt zo concreet aan oplossingen tegen wateroverlast. Daardoor gaat het leven! Op middelbare scholen in de regio is het de bedoeling dat leerlingen in projectgroepjes aan de slag gaan, een goed idee bedenken en dat vervolgens aan een jury presenteren. Dat deel gaat IVN begeleiden. Hier is ook een kleine prijs aan verbonden, maar het gaat er voornamelijk om dat de jongeren die meedoen bewustzijn krijgen over wateroverlast en de verbinding met natuurlijke oplossingen weten te leggen.

En wat hoop je dat de Limburgers van dit project gaan merken?
Ik hoop natuurlijk dat we niet alleen bewustzijn creëren bij kinderen en jongeren, maar dat we ook hun omgeving meekrijgen. Wanneer kinderen enthousiast thuiskomen, steken ze hopelijk ook hun ouders en grootouders aan met het ‘natuurvirus’. Zodat er een olievlekwerking ontstaat. Die uiteindelijk zo groot wordt dat er een omslagpunt wordt bereikt. Een punt waarbij het dusdanig besmettelijk begint te worden dat niet meedoen met natuuroplossingen geen optie meer is. Dat is mijn droom.

Een mooie droom!
Ja, het zou mooi zijn als we een beweging in gang kunnen zetten. Het is overigens niet aleen een mooi verhaal dat wij houden hè? Er is zoveel mogelijk met de natuur en daar is ook ‘bewijs’ van! Kijk bijvoorbeeld naar Itteren en Borgharen, waar een jaar of 30 geleden flinke overstromingen zijn geweest. Nadien is daar aan de oevers van de Maas natuur ontwikkeld waar inmiddels grazers lopen en waar de biodiversiteit is toegenomen. Bij de overstromingen in 2021 zag je dat deze gebieden als een soort buffers fungeerden waardoor er in beide kernen nauwelijks overlast was. Natuur werkt dus.

Er zit nog geld in het Natuurkrachtfonds. Heb je een tip voor diegenen die overwegen een aanvraag te doen?
Wees niet bang om een aanvraag te doen en denk vooral niet dat jouw idee niet geschikt is. Gewoon doen! De natuur biedt veel antwoorden op allerlei kwesties die er in deze tijd spelen. Jouw idee is misschien wel één van die antwoorden.

 

Foto Anouk Vliegen: Jonathan Vos